Dit zijn je opties als je bal onspeelbaar ligt
Bal in de struiken, tegen een boom of in een andere onmogelijke positie? Onthoud regel 19: dit zijn je opties bij een onspeelbare bal.
We hebben de golfregels ooit braaf geleerd tijdens een regelcursus, maar in de praktijk blijken al die kennis en weetjes over regels vaak wat weggezakt. Jammer, want niets is vervelender dan in de baan, of irritanter nog, tijdens een wedstrijd, niet precies weten wat je in een bepaalde situatie moet, mag of kunt doen.
Regel 19: alles over onspeelbare ballen
Regel 19 is zo’n regel die je, tegen wil en dank, vaak nodig hebt. Het is de regel over onspeelbare ballen, en welke mogelijkheden je hebt als je zo’n onspeelbare bal hebt. Dit is de basis:
- Je moet je bal gevonden hebben om hem onspeelbaar te kunnen verklaren. En gevonden wil zeggen: je moet je bal geïdentificeerd hebben.
- De speler is de enige die bepaalt of de bal onspeelbaar is. Als jij dus vindt dat je bal onspeelbaar is, dan ben jij de enige die de bal onspeelbaar kan verklaren.
- Je mag je bal overal op de baan onspeelbaar verklaren.
Drie manieren om verder te gaan
En hoe ga je verder als je je bal onspeelbaar hebt verklaard? Dat kan op drie manieren:
- Ga terug naar waar je vandaan komt (R 19.2a).
- Ga in een rechte lijn van de bal en de vlag naar achteren, zo ver als je wilt (R 19.2b).
- Meet twee stoklengtes met je driver vanaf de plek waar de bal onspeelbaar ligt. Trek een denkbeeldige halve cirkel, niet dichterbij de hole (19.2c).
Onspeelbaar in een bunker? Als je dropt moet je in de bunker blijven en je krijgt altijd één strafslag. Bij optie 2 mag je wel buiten de bunker droppen. As je daarvoor kiest, krijg je twee strafslagen. Tip: heb je je bal vanaf de green in een bunker geput en je bent een slechte bunkerspeler? Gebruik optie 1: terug naar de plek waar je vandaan komt, dat is namelijk op de green.
