Gáán met die banaan. En geef je driver de hoofdrol

De stok die we het vaakst in onze tas laten zitten? De driver. Uit angst. Irritant, vindt equipmentspecialist Maud Schaap. “Haal toch die club uit je tas en slá. Je leeft maar 1 keer.”

Met je driver sla je, als het goed is, het verst van al je stokken. Toch laten we die driver vaak in de tas zitten. Zogenaamd omdat er zoveel kan misgaan bij het afslaan. Better safe than sorry, zeg maar.

Mannen daarentegen hebben vrijwel zonder uitzondering minder last van die schroom. En gelijk hebben ze! Want, kom op, er is serieus niks lekkerders dan een poeier van een drive te slaan.

Daarom zetten we, samen met equipmentspecialist Maud Schaap, de driver deze week even in het zonnetje.

Dit is handig om te weten over drivers:

• shafts zijn nooit van staal maar van graphite;
• standaard is het aantal graden van het clubhoofd van je driver 10.5 graden, maar dit kan voor vrouwen ook 11.5 of 12 graden zijn.
• drive for show, putt for dough – zo luidt een bekende golfspreuk. Met je driver zou je meer indruk maken, maar putten is onderaan de streep toch belangrijker. Kijk naar de professionals: zij winnen of verliezen hun wedstrijden op de green met cruciale putts die ze maken – of missen. Klopt inderdaad, maar ook weer niet altijd. Als jij bijvoorbeeld moet kiezen tussen 10 slechte drives (water, out-of-bounds, tussen de bomen, onspeelbaar), of 10 slechte putts (drieputts) – wat zou dan jouw keuze zijn? Veel golfers willen liever van die 10 slechte putts af. Dat zijn immers 10 slagen minder! De realiteit is echter dat die 10 slechte putts waarschijnlijk je minst slechte keuze zouden zijn. Want 10 slechte drives betekent toch echt minimaal 10 slagen extra. Maar waarschijnlijk ook meer, omdat je bij water of out-of-bounds ook een strafslag moet incasseren.
• Een veelgestelde vraag is: ‘Wanneer schaf ik een (andere) driver aan?’ Mijn antwoord: als je consistenter wil worden en als je jezelf wil verbeteren, door bijvoorbeeld verder te leren slaan.
• Een andere veelgestelde vraag is: waar let je op als je een driver koopt? Mijn antwoord: je swingsnelheid. Hoe hoger je swingsnelheid, hoe stijver je shaft moet zijn. En hoe lager je swingsnelheid, hoe soepeler je shaft moet zijn.
• Heb je een lagere swingsnelheid, dan is het verstandig om een wat hogere loft te kiezen: 11.5, 12 of soms zelfs 14 graden. Dit helpt om de bal te lanceren.
• Je kunt een driver als onderdeel van een set kopen, maar ook los. Bij losse drivers is mogelijk om de loft van het clubhoofd persoonlijk af te stellen. Zo kan de driver met je ‘meegroeien’ of ‘ mee-ontwikkelen’. Naarmate je beter gaat spelen, kan je je driver (laten) afstellen naar een lagere loft. Zo krijg je meer rol op de bal en meer afstand.
• Tot slot nog een weetje over losse drivers: die hebben vaak gewichtjes in het clubhoofd waarmee je je balvlucht kunt perfectioneren. Heb je een hardnekkige slice? Het is dan mogelijk om het clubhoofd zodanig af te stellen dat die afwijking wat minder hardnekkig wordt. Goede investering!